Logo

WeBible

nl
Petrus Canisius Translation
Select Version
Widget
Psalms 134
134 / 150
1
Halleluja! Looft Jahweh’s Naam, Looft Hem, dienaars van Jahweh:
2
Gij, die in het huis van Jahweh staat, In de voorhoven van het huis van onzen God!
3
Looft Jahweh: want Jahweh is goed, Verheerlijkt zijn Naam: want die is zo lieflijk;
4
Want Jahweh heeft Zich Jakob verkoren, En Israël tot zijn bezit!
5
Ja, ik weet het: Jahweh is groot, Onze Heer boven alle goden verheven;
6
Jahweh doet wat Hij wil In hemel en aarde, in zeeën en diepten.
7
Hij laat de wolken verrijzen Aan de kimmen der aarde; Smeedt de bliksem tot regen, Haalt de wind uit zijn schuren.
8
Hij was het, die Egypte’s eerstgeborenen sloeg, Van mensen en vee;
9
Die tekenen en wonderen deed in uw midden, Egypte, Tegen Farao en al die hem dienden;
10
Die talrijke volken versloeg, En machtige koningen doodde:
11
Sichon, den vorst der Amorieten, En Og, den koning van Basjan. Hij was het, die alle vorsten vernielde En alle koninkrijken van Kanaän;
12
En die hun land ten erfdeel gaf, Tot bezit aan Israël, zijn volk.
13
Uw Naam duurt eeuwig, o Jahweh, Uw roem, o Jahweh, van geslacht tot geslacht;
14
Want Jahweh schaft recht aan zijn volk, En ontfermt Zich over zijn dienaars.
15
Maar de goden der volken zijn zilver en goud, Door mensenhanden gemaakt:
16
Ze hebben een mond, maar kunnen niet spreken; Ogen, maar kunnen niet zien;
17
Oren, maar kunnen niet horen; Ze hebben geen adem in hun mond.
18
Aan hen worden gelijk, die ze maken, En allen, die er op hopen!
19
Huis van Israël, zegent dan Jahweh; Huis van Aäron, zegent dan Jahweh;
20
Huis van Levi, zegent dan Jahweh; Die Jahweh vrezen, zegent dan Jahweh;
21
Gezegend zij Jahweh uit Sion, Hij, die in Jerusalem woont!
Webible
Freely accessible Bible
48 Languages, 74 Versions, 3963 Books